Terug
Gepubliceerd op 29/09/2023

Besluit  GRD - Gemeenteraad

do 21/09/2023 - 20:00

2. Vervoerregio Gent: Regionaal Mobiliteitsplan - Adviesvraag - Principieel.

Aanwezig: Jan Roets, Voorzitter van de gemeenteraad
Franki Van de Moere, Burgemeester
Claudine Bonamie, Carlos Bonamie, Hugo Coene, Tom Lacres, Schepenen
Patrick De Greve, Bart Van de Keere, Franky Cornelis, Luc De Meyere, Kristof Goethals, Johan Francque, Sylvie Bruyninckx, Dirk Hoste, Robert Maenhout, Ingrid De Sutter, Martine Cools, Gemeenteraadsleden
Melina Van Audenaerde, Algemeen directeur
Verontschuldigd: Sylvie Van De Velde, Gemeenteraadslid

De gemeenteraad bekrachtigt de beslissing van het college van burgemeester en schepenen inzake de formulering van de opmerkingen op het Regionaal Mobiliteitsplan voor de Vervoerregio Gent.

Het Regionaal Mobiliteitsplan (RMP) kadert binnen basisbereikbaarheid, de Vlaamse visie op mobiliteit. Met basisbereikbaarheid zet Vlaanderen in op een efficiënter, duurzamer en flexibeler vervoer waarin het combineren van verschillende vervoermiddelen centraal staat. Voor de realisatie van basisbereikbaarheid werden de driehonderd Vlaamse steden en gemeenten opgedeeld in 15 vervoerregio’s. Binnen deze vervoerregio’s werken de gemeenten samen een mobiliteitsplan uit, specifiek voor hun regio.

  • Wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.
  • Decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017, art. 40-41, 285 §1, 286 §1, 330.
  • Decreet van 3 april 2019 betreffende de basisbereikbaarheid, in het bijzonder artikel 8 betreffende de taakstelling van de vervoerregioraad.
  • Besluit van de Vlaamse Regering van 20 november 2020 over de regionale mobiliteitsplannen met de integratie van de milieueffectrapportage, in het bijzonder artikel 7 betreffende de vaststelling van het voorlopig ontwerp van Regionaal Mobiliteitsplan.
  • Het college van burgemeester en schepenen van 19 juni 2020 waarop de oriëntatienota werd goedgekeurd.
  • Het college van burgemeester en schepenen van 10 maart 2023 waarop regionaal mobiliteitsplan werd goedgekeurd.

De vervoerregio Gent heeft een voorlopig ontwerp Regionaal Mobiliteitsplan uitgewerkt. Dat plan legt de globale mobiliteitsvisie voor de komende 10 jaar (met een doorkijkperiode van 30 jaar) vast voor de vervoerregio op een strategisch niveau, en dat voor alle vervoerswijzen. In dit voorlopig ontwerp Regionaal Mobiliteitsplan werd rekening gehouden met het ontwerp plan-MER. Het ontwerp plan-MER bevat de rapportage over de milieueffectenbeoordeling die bij de opmaak van het voorlopig ontwerp Regionaal Mobiliteitsplan mee in overweging werd genomen.

De voorbereiding van dit ontwerp Regionaal Mobiliteitsplan voor Vervoerregio Gent werd voorbereid door de verschillende organen van de vervoerregio: de ambtelijke werkgroep, team MOW, de vervoerregioraad en het dagelijks bestuur van de Vervoerregio Gent. De oriëntatienota werd goedgekeurd op de vervoerregioraad van 7 juli 2020.

Vervolgens werden de visienota en een ontwerp synthesenota voorgelegd ter kennisname aan de vervoerregioraad op resp. 28 januari 2022 en 21 oktober 2022.

Daarbij wordt een participatietraject doorlopen in overeenstemming met het participatieplan dat op de vervoerregioraad van 4 december 2019 en 4 april 2021 werd goedgekeurd. De participatie gebeurt/gebeurde in de vorm van mobiliteitsateliers, mobiliteitscafés, logistieke werkgroepen, bevragingen van burgers en gemeenteraadsleden.

De minister heeft op 8 mei 2023 het ontwerp Regionaal Mobiliteitsplan goedgekeurd.

Om het Regionaal Mobiliteitsplan definitief vast te stellen dienen nog volgende stappen doorlopen te worden:

  • Het doorlopen van een termijn van 90 dagen voor advies van adviesinstanties, waaronder de gemeenteraden. Deze adviestermijn start op 19 mei en eindigt op 16 augustus 2023;
  • Het doorlopen van een openbaar onderzoek van 60 dagen. Het openbaar onderzoek vindt plaats van 31 mei tot en met 29 juli 2023;
  • De verwerking van de adviezen en bezwaren en eventuele bijsturing van het Regionaal Mobiliteitsplan;
  • Een kwaliteitsbeoordeling van het ontwerp plan-MER door de administratie bevoegd voor milieueffectrapportage.

De vervoerregioraad heeft volgende bezorgdheden geformuleerd op het ontwerp RMP:

  • De vervoerregioraad benadrukt dat het getuigt van goed partnerschap (ambitie 7 van het RMP) wanneer ingrepen genomen binnen de ene gemeente of groep gemeenten met invloed binnen een andere gemeente telkens in overleg met die andere gemeenten worden genomen. Dit geldt zowel bij circulatiemaatregelen, bij wegeniswerken met omleidingen als bij het afbakenen van mobiliteitskamers. De extra last die die ontstaat door de verschuivingen in de verkeerstromen dient maximaal beperkt te worden.
  • De vervoerregioraad kiest resoluut voor een strategie van zowel méér verplaatsingen met duurzame modi als voor minder verplaatsingen met niet-duurzame modi. De vervoerregioraad geeft aan dat je niet kan kiezen voor enkel MEER: het stimuleren en investeren in duurzame modi zonder ook maatregelen te nemen rond het vertragen en reduceren van niet-duurzame modi (MINDER). 
    • De keuze voor méér vertaalt zich in:
      • Meer keuze voor de fietsers met een meerlagig fietsnetwerk;
      • Meer en sneller openbaar vervoer met Hoogwaardig Openbaar Vervoer als ruggengraat;
      • Vlottere doorstroming op hoofdwegen;
      • Meer duurzame transportmodi met een sterk logistiek netwerk efficiënte hubs.
    • De keuze voor minder vertaalt zich in:
      • Minder autoverplaatsingen door een fijnmazig fietsnetwerk;
      • Minder doorgaand auto- en vrachtverkeer in kernen binnen autoluwe mazen;
      • Minder aandeel voor auto en vracht bij investeringen infrastructuur en meer aandeel voor fiets en openbaar vervoer.

Het ene kan immers niet zonder het andere. Alleen op die manier kan een duurzame modal shift van 60% gehaald worden.

De vervoerregio vraagt dat de minister de komende jaren de nodige budgetten vrijmaakt om de visie van het RMP ook daadwerkelijk te realiseren. Alleen bij de beschikbaarheid van voldoende financiële middelen kan de omslag naar een meer duurzame modal shift worden waargemaakt.

De vervoerregioraad vraagt blijvende aandacht voor de ontsluiting van de buitengebieden in vervoerregio Gent en dit voor alle vervoerswijzen, in het bijzonder de gemeenten ten noorden van de E34 in het Meetjesland.

Overwegende dat de vervoerregioraad volgende opmerkingen heeft op het voorlopig ontwerp Regionaal Mobiliteitsplan:

  • De vervoerregioraad gaat akkoord met de nota waarin de opmerkingen van de colleges zijn verwerkt, enkel de nieuwe paragraaf over de R4 moet bijgestuurd worden. Ook mag het logo van Infrabel nog aangepast worden;
  • De nieuwe versie van de paragraaf over de R4 wordt dan “De vervoerregio stemt in om zowel de R4 West, als de R4 Oost op te nemen als Vlaamse hoofdweg. Doch, de vervoerregio wenst het huidig onderscheid in hiërarchie tussen R4 West en R4 Oost te bevestigen, zoals deze ook in het Europees “comprehensive TEN-T network” is aangeduid.”
Publieke stemming
Aanwezig: Jan Roets, Franki Van de Moere, Claudine Bonamie, Carlos Bonamie, Hugo Coene, Tom Lacres, Patrick De Greve, Bart Van de Keere, Franky Cornelis, Luc De Meyere, Kristof Goethals, Johan Francque, Sylvie Bruyninckx, Dirk Hoste, Robert Maenhout, Ingrid De Sutter, Martine Cools, Melina Van Audenaerde
Voorstanders: Jan Roets, Franki Van de Moere, Claudine Bonamie, Carlos Bonamie, Hugo Coene, Tom Lacres, Luc De Meyere, Kristof Goethals, Johan Francque, Sylvie Bruyninckx, Dirk Hoste
Onthouders: Patrick De Greve, Bart Van de Keere, Franky Cornelis, Robert Maenhout, Ingrid De Sutter, Martine Cools
Resultaat: Met 11 stemmen voor, 6 onthoudingen

Enig artikel- De gemeenteraad bekrachtigt de beslissing van het college van burgemeester en schepenen inzake de formulering van volgende opmerkingen op het Regionaal Mobiliteitsplan voor de Vervoerregio Gent:

  • Door de grootteorde van de afgebakende vervoerregio ligt de focus zeer sterk op de centrumstad Gent;
  • Er is onvoldoende aandacht voor een goede en blijvende ontsluiting van het buitengebied, nochtans is dit voor Sint-Laureins van essentieel belang;
  • Een blijvende goede ontsluiting naar Brugge en Knokke is voor gemeente Sint-Laureins eveneens noodzakelijk.