Het reglement subsidiëring jeugdwerkinitiatieven, laatst gewijzigd op 16 mei 2019, wordt gewijzigd.
Na evaluatie en overleg van de jeugdraad, werd geconcludeerd dat er bijsturing nodig is aan het reglement dat de subsidiëring voor jeugdwerkinitiatieven regelt.
Tijdens de jeugdraad van 16 februari 2023 gaf jeugdhuis Opsenter aan dat de tegemoetkoming die zij momenteel ontvangen via de gemeentelijke subsidie voor jeugdwerkinitiatieven, niet in verhouding staat tot die van andere jeugdwerkinitiatieven. Na uitvoerig overleg en evaluatie van de jeugdraad werd geconcludeerd dat deze opmerking terecht is. Ook de voorwaarden waaraan jeugdhuis Opsenter moest voldoen om een hogere tegemoetkoming te verkrijgen, waren niet langer realistisch in de huidige tijd.
De jeugdconsulente heeft door de jaren heen ook enkele punten opgemerkt die aan verandering toe waren.
De voorgestelde wijzigingen werden voorgelegd aan de jeugdraad op 8 februari 2024 en positief geadviseerd.
Voorstel tot wijziging:
Huidige notatie aantal leden | Aangepaste notatie aantal leden | |
Leden | Punten | Leden |
Minimum 20 | 1 | Minimum 20 |
20 tot 30 | 2 | 21 tot 30 |
30 tot 40 | 3 | 31 tot 40 |
40 tot 50 | 4 | 41 tot 50 |
50 tot 60 | 5 | 51 tot 60 |
60 tot 70 | 6 | 61 tot 70 |
70 tot 80 | 7 | 71 tot 80 |
80 tot 90 | 8 | 81 tot 90 |
90 tot 100 | 9 | 91 tot 100 |
10 | 101 tot 120 | |
11 | 121 tot 140 | |
12 | Meer dan 141 |
Bij het voldoen aan de hieronder vermelde voorwaarden, komt men in aanmerking voor een toelage van 500 euro:
Bij het voldoen aan de hieronder vermelde voorwaarden, komt men in aanmerking voor een nog hogere toelage van 750 euro:
Bij het voldoen aan de hieronder vermelde voorwaarden, komt men in aanmerking voor een nog hogere toelage van 1.000 euro:
Art. 1- Het reglement subsidiëring jeugdwerkinitiatieven, laatst gewijzigd op 16 mei 2019, wordt gewijzigd als volgt:
1. Toelagen inzake het volgen van kadervorming en organiseren van planningsdagen
Artikel 1.1
Binnen de betoelaging van de Vlaamse Regering, volgens het decreet van 6 juli 2012 houdende de ondersteuning en de stimulering van het lokaal jeugdbeleid en de bepaling van het provinciaal jeugdbeleid, zal minimaal 10% van het voor de gemeente Sint-Laureins voorziene bedrag begroot worden voor de ondersteuning en betoelaging van kadervorming door erkende jeugdorganisaties.
Artikel 1.2
Wie als vrijwilliger actief is binnen het jeugdwerk van Sint-Laureins kan een aanvraag tot terugbetaling van gevolgde cursussen of vormingsdagen met betrekking tot kadervorming indienen.
Wie actief is in jeugdwerk buiten Sint-Laureins maar in Sint-Laureins woonachtig, kan een aanvraag tot terugbetaling indienen, indien Zij geen gebruik kan maken van terugbetaling van kadervorming in de gemeente waar hij zich inzet.
Artikel 1.3
De aanvragen worden ingediend bij het college van burgemeester en schepenen via de individuele aanvraagformulieren of via de jaarlijkse subsidieaanvragen van de jeugdwerkinitiatieven.
Op de gemeentelijke jeugddienst en op de gemeentelijke website zijn hiertoe aanvraagformulieren beschikbaar. Bij twijfelgevallen kan het college van burgemeester en schepenen een advies vragen aan de jeugdraad.
Bij het aanvraagformulier dient een door de erkende jeugdorganisaties afgeleverd attest met vermelding van data, inhoud van de gevolgde kadervorming, kostprijs, identiteit en rekeningnummer van de persoon die de kadervorming volgde, bijgevoegd te worden.
In het geval van artikel 1.2 (actief in jeugdwerk buiten Sint-Laureins) wordt ook een bewijs opgevraagd waaruit blijkt dat er in de gemeente waar hij actief is geen terugbetaling mogelijk is.
Artikel 1.4
De tussenkomst in de betoelaging van de kadervorming wordt evenredig verdeeld onder het aantal aanvragen.
Artikel 1.5
Bij de aanvragen wordt de volgende periode in aanmerking genomen:
De aanvragen worden uiterlijk 30 september ingediend; de uitbetaling wordt voorzien uiterlijk eind december. Het college van burgemeester en schepenen kent de bedragen toe.
Artikel 1.6
Planningsdag(en) voor jeugdwerkinitiatieven
Artikel 1.6.1
Jeugdwerkinitiatieven kunnen een subsidie voor planningsdag(en) voor de leidingsploeg ontvangen. Onder planningsdag(en) worden vergaderingen verstaan waar met minstens 60% van de leidingsploeg de werking, organisatie en programmatie van de vereniging gepland wordt, dit gedurende minstens 3 dagdelen, buiten de gewone vergaderingen om.
Artikel 1.6.2
Het verslag van de planningsdag(en) wordt ingediend bij het college van burgemeester en schepenen samen met de jaarlijkse subsidieaanvragen van de jeugdwerkinitiatieven.
Artikel 1.6.3
Per dagdeel (voormiddag, namiddag en avond) is een subsidiëring van 25 euro voorzien.
Per werkjaar (1 september – 31 augustus) kunnen per vereniging maximum 5 dagdelen planning (een maximumbedrag van 125 euro) gesubsidieerd worden.
Uiterlijk eind december wordt de uitbetaling op basis van de ingediende verslagen doorgevoerd.
Artikel 1.7
Budgetten voor planningsdagen en kadervorming kunnen onderling gewisseld worden als de respectievelijk voorziene bedragen onvoldoende blijken.
2. Tussenkomst in de vervoersonkosten voor jeugdwerkinitiatieven van en naar (meerdaagse)activiteiten en planningsdagen
Artikel 2.1
Vervoersonkosten van en naar activiteiten en planningsdagen
Jaarlijks wordt een bedrag voorzien om de vervoersonkosten van en naar activiteiten en planningsdagen, georganiseerd door erkende jeugdwerkinitiatieven, te subsidiëren. Het kan hier gaan om terugbetaling van onkosten met busvervoer of openbaar vervoer.
De tussenkomst in de betoelaging wordt evenredig verdeeld onder het aantal aanvragen en volgens het voorziene bedrag. De kostenbewijzen dienen bijgevoegd te worden bij de jaarlijkse subsidieaanvragen van de jeugdwerkinitiatieven. De uitbetaling is voorzien eind december.
Artikel 2.2
Kampmaterialenvervoer
Er wordt eveneens een subsidie voor kampmaterialenvervoer voorzien. Het kamp, georganiseerd door een erkend jeugdwerkinitiatief, moet aan volgende voorwaarden voldoen:
Bij de aanvragen wordt de volgende periode in aanmerking genomen:
De aanvragen worden uiterlijk 30 september ingediend; de uitbetaling kan worden voorzien uiterlijk eind december. Het college van burgemeester en schepenen kent de bedragen toe.
3. Subsidiemogelijkheden voor jeugdbewegingen
Artikel 3.1
Algemene voorwaarden
Om erkend te worden als jeugdbeweging moet men aan volgende punten voldoen:
Bij het voldoen aan deze voorwaarden, komt men in aanmerking voor een basistoelage van het gemeentebestuur. Deze bedragen worden ad nominatum ingeschreven in de lijst van de niet-verplichte uitgaven die bij het jaarlijkse budget aan de gemeenteraad wordt voorgelegd.
Artikel 3.2
Bijkomende subsidiemogelijkheden
De middelen van de Vlaamse Gemeenschap die worden voorzien ter ondersteuning van het lokale jeugdbeleid, worden naar jeugdbewegingen toe via een puntenstelsel verdeeld.
Het voorziene bedrag voor jeugdbewegingen, wordt verdeeld onder de vorm van toelagen waarvan het bedrag afhankelijk is van een berekening op basis van het behaalde puntenaantal op de hieronder vermelde kwaliteitscriteria met betrekking tot aantal leden, aantal gebrevetteerde leid(st)ers, aantal activiteiten, de organisatie van een meerdaagse activiteit en/of kamp.
Aantal leden van 6 tot en met 25 jaar (leiding inbegrepen)
Leden |
Punten |
Minimum 20 |
1 |
21 tot 30 |
2 |
31 tot 40 |
3 |
41 tot 50 |
4 |
51 tot 60 |
5 |
61 tot 70 |
6 |
71 tot 80 |
7 |
81 tot 90 |
8 |
91 tot 100 |
9 |
101 tot 120 |
10 |
121 tot 140 |
11 |
Meer dan 141 |
12 |
Leiding
Totaal aantal begeleiders in het bezit van een attest ‘Animator in het jeugdwerk’
De hoogste in rang van de animatorattesten telt mee in de puntenberekening.
Jeugdraad
Aanwezigheid op de algemene vergadering van de gemeentelijke jeugdraad (minstens 75% van de vergaderingen) = 20 punten.
Aanwezigheid op de activiteiten van de jeugdraad. De gewenste aanwezigheid wordt ruim voorafgaand aan de activiteit vastgelegd door de jeugdraad = 20 punten.
Activiteiten met leden, per jaar (minstens 2 uur)
Leden |
Punten |
15 (basis) |
5 |
16-20 |
10 |
21-25 |
15 |
26-30 |
20 |
31-35 |
25 |
36-40 |
30 |
Meer dan 40 |
35 |
Meerdaagse activiteiten met leden (maximum 2 meerdaagse activiteiten)
Voorwaarde:
Kamp
Voorwaarde:
Aantal mandagen |
Punten |
60 - 100 |
20 |
101 – 150 |
30 |
151 – 200 |
40 |
201 – 250 |
50 |
251 – 300 |
60 |
301 – 350 |
70 |
351 – 400 |
80 |
401 – 450 |
90 |
451 - 500 |
100 |
Artikel 3.3
Procedure
Uiterlijk op 30 september dienen de jeugdbewegingen bij het college van burgemeester en schepenen de aanvraagformulieren in voor het berekenen van de subsidies. Het college van burgemeester en schepenen kent op basis van deze gegevens de bedragen toe.
Uiterlijk eind december wordt de uitbetaling op basis van de ingediende informatie doorgevoerd.
4. Subsidiemogelijkheden voor speelpleinwerkingen
Artikel 4.1
Algemene voorwaarden
Om erkend te worden als speelpleinwerking moet men aan volgende punten voldoen:
Bij het voldoen aan deze voorwaarden, komt men in aanmerking voor een basistoelage van het gemeentebestuur. Deze bedragen worden ingeschreven in de lijst van niet-verplichte uitgaven die bij het jaarlijkse budget aan de gemeenteraad wordt voorgelegd.
Artikel 4.2
Bijkomende subsidiemogelijkheden
Categorie en toelage |
Voorwaarden van de indeling in volgende categorieën. |
Categorie 1 Voorziene betoelaging: 1.500 euro |
|
Categorie 2 Voorziene betoelaging: 2.000 euro |
|
Categorie 3 Voorziene betoelaging: 2.500 euro |
|
Categorie 4 Voorziene betoelaging: 3.500 euro |
|
Artikel 4.3
Procedure
Uiterlijk op 30 september dient de speelpleinwerking de nodige gegevens in voor het berekenen van het subsidiebedrag bij het college van burgemeester en schepenen. Op basis van bovenvermelde regeling kent het college van burgemeester en schepenen het definitieve bedrag toe.
Uiterlijk eind december wordt de uitbetaling op basis van de ingediende informatie doorgevoerd.
5. Subsidiemogelijkheden voor jeugdhuizen
Artikel 5.1
Algemene voorwaarden
Voor het ontwikkelen van een jeugdhuiswerking ontvangt een jeugdhuis een forfaitaire basistoelage vanwege het gemeentebestuur bij het voldoen aan de voorwaarden zoals opgemaakt in de huurovereenkomst met de vzw. Dit bedrag wordt jaarlijks vastgesteld en opgenomen in de lijst van niet-verplichte uitgaven die bij het jaarlijkse budget aan de gemeenteraad wordt voorgelegd.
Artikel 5.2
Bijkomende subsidiemogelijkheden
Bij het voldoen aan de hieronder vermelde voorwaarden, komt men in aanmerking voor een toelage van 500 euro:
Bij het voldoen aan de hieronder vermelde voorwaarden, komt men in aanmerking voor een nog hogere toelage van 750 euro:
- Algemene vergadering:
Aanwezigheid op de algemene vergadering van de gemeentelijke jeugdraad (minstens 75% van de vergadering)
- Activiteiten van de jeugdraad:
Aanwezigheid op activiteiten van de jeugdraad. De gewenste aanwezigheid wordt ruim voorafgaand aan de activiteit vastgelegd door de jeugdraad.
Bij het voldoen aan de hieronder vermelde voorwaarden, komt men in aanmerking voor een nog hogere toelage van 1.000 euro:
Om in aanmerking te komen voor een hogere toelage moeten alle voorgaande voorwaarden eveneens voldaan zijn.
Artikel 5.3
Procedure
Uiterlijk op 30 september dient het jeugdhuis de nodige gegevens in voor het toekennen van het subsidiebedrag bij het college van burgemeester en schepenen. Op basis van bovenvermelde regeling kent het college van burgemeester en schepenen het definitieve bedrag toe. Uiterlijk eind december wordt de uitbetaling op basis van de ingediende verslagen doorgevoerd.
6. Indieningstermijn
Het gemeentebestuur richt een schrijven aan de jeugdwerkinitiatieven vóór 1 september. Wie op 30 september zijn gegevens niet heeft binnengebracht, wordt hiervan verwittigd en krijgt tot uiterlijk 15 oktober de kans om zich in orde te stellen. Na 15 oktober verliest men 50% van het aandeel waarop men normaal gezien, bij tijdig binnenbrengen, had recht gehad.
Wie zijn gegevens op 3 november niet binnengebracht heeft, verliest zijn aanspraak voor de volle 100%. De uitbetaling gebeurt in de loop van de maand december.
7. Overschottenregeling middelen Vlaamse Gemeenschap
In de eerste plaats zullen overschotten gebruikt worden om de kadervormingen te betalen als het hiertoe voorziene bedrag niet voldoet. Het resterende bedrag zal procentueel verdeeld worden onder de verschillende jeugdwerkinitiatieven van de gemeente.
8. Inwerkingtreding
Dit reglement treedt in werking vanaf 1 augustus 2024 voor onbepaalde duur.
Art. 2- Het gewijzigde reglement treedt in werking op 1 augustus 2024 voor onbepaalde duur en vervangt alle voorgaande reglementen betreffende de subsidiëring van jeugdwerkinitiatieven.
Art. 4- Dit reglement zal worden bekendgemaakt conform de daartoe geldende regelgeving.