De wijzigingen aan het gemeentelijk reglement met betrekking tot administratieve sancties, worden goedgekeurd.
Naar aanleiding van de wijziging van het algemeen gemeentelijk politiereglement (hoofdstuk 1, afdeling 9: schadelijke middelen inzake het verbod op het gebruik van lachgas), die wordt voorgelegd aan de gemeenteraad tijdens de zitting van heden, dient het gemeentelijk reglement met betrekking tot de administratieve sancties te worden gewijzigd.
Er werd van de gelegenheid gebruik gemaakt om kleine, administratieve wijzigingen aan het reglement door te voeren.
In het algemeen gemeentelijk politiereglement van gemeente Sint-Laureins stond tot op heden opgenomen dat inbreuken op het verbod van schadelijke middelen zoals lachgas, kon worden beboet met een gemeentelijke administratieve sancties (GAS).
Op 29 maart 2024 verscheen een nieuw Koninklijk Besluit in het Belgisch Staatsblad met betrekking tot lachgas. Dit besluit voorziet strafrechtelijke sancties op het oneigenlijk gebruik van lachgas.
Door deze gewijzigde regelgeving en het voorzien van strafrechtelijke sancties, verliezen de lokale besturen de mogelijkheid om het oneigenlijk gebruik van lachgas te bestraffen met gemeentelijke administratieve sancties. Hierdoor dient niet alleen het algemeen gemeentelijk politiereglement aangepast te worden, maar ook het gemeentelijk reglement met betrekking op administratieve sancties.
Er werd intussen ook gebruik gemaakt om enkele administratieve wijzigingen aan te brengen, zoals de benaming 'gemeentesecretaris' werd vervangen door 'algemeen directeur' en de 'gemeenteontvanger' werd vervangen door 'financieel directeur'.
Verder werd ook volgende toevoeging gedaan bij artikel 2 en 3:
"...de provinciale of gewestelijke ambtenaren, de personeelsleden van de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden en autonome gemeentebedrijven die hiertoe binnen het raam van hun bevoegdheden door de gemeenteraad worden aangewezen." Dit omwille van het feit dat niet enkele politieambtenaren of -agenten inbreuken kunnen vaststellen.
In artikel 4 werd de geldboete van een overtreding verkeer van eerste en tweede categorie weggelaten en vervangen door de wetgeving waar deze bedragen zijn terug te vinden, gezien dit een voortdurend veranderend gegeven is en wordt vastgelegd in een Koninklijk Besluit.
Art. 1- De wijzigingen aan het gemeentelijk reglement met betrekking tot administratieve sancties, worden goedgekeurd als volgt:
Hoofdstuk 1 - Toepassingsgebied
Artikel 1
Dit reglement is van toepassing op alle inbreuken van:
Hoofdstuk 2 - Vaststelling
Artikel 2
Alle inbreuken op het politiereglement worden vastgesteld door politieambtenaren of agenten van politie, de provinciale of gewestelijke ambtenaren, de personeelsleden van de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden en autonome gemeentebedrijven die hiertoe binnen het raam van hun bevoegdheden door de gemeenteraad worden aangewezen.
Hoofdstuk 3 - Aangewezen sanctionerende ambtenaar
Artikel 3
De aangewezen ambtenaar belast met het opleggen van een administratieve geldboete is de provinciale ambtenaar, de provinciale of gewestelijke ambtenaren, de personeelsleden van de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden en autonome gemeentebedrijven die hiertoe binnen het raam van hun bevoegdheden door de gemeenteraad worden aangewezen.
Hoofdstuk 4 - Administratieve geldboete
Artikel 4
De administratieve geldboete is proportioneel in functie van de zwaarte van de feiten die haar verantwoorden, en in functie van eventuele herhaling. Het maximum is vastgelegd op 350 euro voor meerderjarigen en op 175 euro voor minderjarigen die de volle leeftijd van 16 jaar hebben bereikt.
De administratieve geldboete voor overtredingen verkeer van eerste categorie is vastgelegd op 55 euro in het Koninklijk Besluit van 9 maart 2014 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties voor de overtredingen betreffende het stilstaan en het parkeren en voor de overtredingen betreffende de verkeersborden C3 en F103, vastgelegd met automatisch werkende toestellen. De administratieve geldboete voor overtredingen verkeer van tweede categorie is vastgelegd op 110 euro.
Hoofdstuk 5 - Herhaling
Artikel 5
De persoon die, na met een administratieve geldboete van 25 euro te zijn gesanctioneerd, eenzelfde overtreding begaat binnen de vierentwintig maanden nadat ze uitvoerbare kracht heeft gekregen overeenkomstig artikel 119bis § 11 van de nieuwe gemeentewet wordt gesanctioneerd met een geldboete van 60 euro.
Artikel 6
De persoon die, na met een administratieve geldboete van 60 euro te zijn gesanctioneerd, eenzelfde overtreding begaat binnen de vierentwintig maanden nadat ze uitvoerbare kracht heeft gekregen overeenkomstig artikel 119bis § 11 van de nieuwe gemeentewet wordt gesanctioneerd met een geldboete van 120 euro.
Artikel 7
De persoon die, na met een administratieve geldboete van 120 euro te zijn gesanctioneerd, eenzelfde overtreding begaat binnen de vierentwintig maanden nadat ze uitvoerbare kracht heeft gekregen overeenkomstig artikel 119bis § 11 nieuwe gemeentewet wordt gesanctioneerd met de volgens de wet maximum toegelaten geldboete, zijnde 250 euro of 125 euro indien het een minderjarige betreft die de volle leeftijd van 16 jaar heeft bereikt.
Artikel 8
De persoon, eigenaar van een instelling, aan wie reeds tweemaal een administratieve boete werd opgelegd naar aanleiding van een overtreding die verband houdt met die instelling binnen de twaalf maanden nadat ze uitvoerbare kracht heeft gekregen overeenkomstig artikel 119bis § 11 van de nieuwe gemeentewet, zal worden gesanctioneerd met de administratieve sluiting van de instelling gedurende een termijn van maximum drie maanden.
Hoofdstuk 6 - Samenloop van verscheidene overtredingen
Artikel 9
In geval van samenloop van verscheidene overtredingen waarvoor administratieve geldboetes voorzien zijn, wordt het bedrag van de som van de verschillende geldboeten opgelegd, zonder dat deze boete het bedrag van 350 euro te boven mag gaan of 175 euro indien het een minderjarige betreft die de volle leeftijd van 16 jaar heeft bereikt op het ogenblik van de feiten.
Artikel 10
Bij samenloop van een overtreding waarvoor een administratieve geldboete voorzien is en een overtreding waarvoor een administratieve schorsing of intrekking van een door de gemeente afgeleverde toestemming of vergunning of een administratieve sluiting van een instelling voorzien is, wordt alleen de schorsing, intrekking of sluiting uitgesproken.
Hoofdstuk 7 - Verzachtende omstandigheden
Artikel 11
Indien er verzachtende omstandigheden zijn, kunnen de administratieve geldboetes worden verminderd, zonder dat zij ooit lager mogen zijn dan 1 euro.
Hoofdstuk 8 - De administratieve procedure
Artikel 12
De administratieve procedure wordt overeenkomstig artikel 119bis § 9 van de nieuwe gemeentewet opgestart door middel van een ter post aangetekend schrijven aan de overtreder.
De overtreder dient zijn verweerschrift, met een eventueel verzoek tot mondelinge verdediging van zijn zaak, ook bij een ter post aangetekende zending te versturen uiterlijk de vijftiende dag na de dag van ontvangst.
Het verzoek tot mondelinge verdediging van zijn zaak is enkel mogelijk indien het een overtreding betreft die gesanctioneerd wordt met een geldboete die hoger is dan 70 euro. De aangewezen ambtenaar bepaalt in dit geval de dag waarop dit mondeling onderhoud plaatsvindt, rekening houdend met het feit dat het onderhoud binnen de twintig werkdagen, te rekenen van de datum van verzending van het verweerschrift, moet plaatsvinden.
Artikel 13
De aangewezen ambtenaar brengt de betrokkene met een tweede aangetekend schrijven op de hoogte van de beslissing. De kennisgeving moet ondertekend worden door de burgemeester en de gemeentesecretaris algemeen directeur.
Artikel 14
Bij de kennisgeving van de beslissing wordt een overschrijvingsformulier gevoegd dat door de betrokkene gebruikt kan worden. Tevens wordt hem meegedeeld dat de boete ook in handen van de gemeenteontvanger financieel directeur kan worden betaald.
Hoofdstuk 9 - De administratieve schorsing of intrekking van een door de gemeente afgegeven toestemming of vergunning en de tijdelijke of definitieve administratieve sluiting van een inrichting
Artikel 15
Ernstige overtredingen, in de zin dat ze een gevaar betekenen voor de openbare rust, veiligheid, gezondheid en zindelijkheid, kunnen gestraft worden met een administratieve sanctie: schorsing of intrekking van een vergunning of sluiting van een exploitatie.
Artikel 16
Indien de inbreuk gesanctioneerd wordt door een in dit hoofdstuk bepaalde sanctie stuurt de aangewezen ambtenaar het proces-verbaal door naar het college van burgemeester en schepenen.
Artikel 17
De aangewezen ambtenaar verstuurt een voorafgaande waarschuwing. Hierin staat dat er een inbreuk werd vastgesteld en dat een sanctie zal opgelegd worden indien die inbreuk wordt gehandhaafd of bij een volgende inbreuk. De waarschuwing moet een uittreksel bevatten van het overtreden reglement en dient per post aangetekende brief te gebeuren.
Artikel 18
Vervolgens wordt aan de overtreder per post aangetekend schrijven meegedeeld dat er aanwijzingen zijn dat er nog steeds een inbreuk is en dat het college overweegt een sanctie (schorsing of intrekking van de vergunning, sluiting van de instelling) op te leggen. Bij deze mededeling deelt men ook mee waar en wanneer het dossier kan worden ingekeken, waar en wanneer de betrokkene zal worden gehoord, en dat hij zich mag laten bijstaan of vertegenwoordigen door een raadsman.
Artikel 19
De hoorzitting kan maar plaatsvinden als de meerderheid van het college van burgemeester en schepenen aanwezig is. De hoorzitting wordt genotuleerd en de aanwezigen worden bij het einde van de zitting uitgenodigd de notulen te ondertekenen.
Artikel 20
Bij het nemen van de beslissing zijn in het college van burgemeester en schepenen dezelfde leden aanwezig als tijdens de hoorzitting.
Artikel 21
De kennisgeving van de sanctie wordt ondertekend door de burgemeester en de gemeentesecretaris algemeen directeur. Deze sanctie wordt aan de overtreder ter kennis gebracht door een aangetekend schrijven, ofwel door overhandiging tegen ontvangstbewijs.
Hoofdstuk 10 - De bemiddelingsprocedure
Artikel 22
Bij minderjarigen die de volle leeftijd van zestien jaar hebben bereikt op het tijdstip van de feiten wordt de beslissing inzake het opleggen van een administratieve geldboete voorafgegaan door een bemiddelingsprocedure.
Artikel 23
De bemiddelaar tracht de betrokkenen te bewegen tot een herstel of vergoeding van de schade in de meest brede betekenis.
Hij/zij probeert, indien de zaak zich hiertoe leent en de betrokkenen hiertoe bereid zijn, een diepgaande dialoog en ontmoeting tot stand te brengen, met inbegrip van één of meerdere momenten van directe ontmoeting.
Artikel 24
De bemiddelaar wordt door de aangewezen ambtenaar op de hoogte gebracht van de relevante feiten van de zaak.
Elk bemiddelingsaanbod gaat gepaard met voldoende informatie over wat bemiddeling is, hoe deze verloopt, wat van de betrokkenen wordt verwacht, wat de betrokkenen mogen verwachten en welke hun rechten en plichten zijn.
De bemiddelaar verstrekt de aangewezen ambtenaar informatie over de stand van zaken betreffende de bemiddeling, wanneer de aangewezen ambtenaar hem hiertoe verzoekt.
De bemiddelaar deelt het resultaat van de bemiddeling zo snel mogelijk mee aan de aangewezen ambtenaar. Indien de bemiddeling niet wordt aangevat of wordt beëindigd zonder resultaat, wordt dit eveneens zo snel mogelijk meegedeeld.
Artikel 25
De aangewezen ambtenaar houdt rekening met het resultaat van de bemiddeling, of met de stand van zaken van de bemiddeling, indien blijkt dat de bemiddeling niet afgerond kan worden vóór het verstrijken van de termijn zoals voorzien in artikel 119 § 10 derde lid van de nieuwe gemeentewet.
Hij/zij moet op afdoende wijze motiveren waarom hij/zij, niettegenstaande een geslaagde bemiddeling of een vooruitzicht op een geslaagde bemiddeling, toch opteert voor het opleggen van een administratieve geldboete.
Art. 2- Het gewijzigde reglement treedt in werking op 1 juni 2024 voor onbepaalde duur en vervangt alle voorgaande versies.
Art. 3- Dit regelement zal worden bekendgemaakt conform de daartoe geldende regelgeving.