Besluit  ORD - OCMW raad

Ingevolge

• de beslissingen van de raad van maatschappelijk welzijn a) de dato 4 september 2014, gekend onder referte R14.137, en b) de dato 10 september 2015, gekend onder referte R15.146, waarbij 1/ een forfaitaire onkostenvergoeding werd vastgesteld voor het gebruik van het kapsalon en 2/ de wenselijkheid ter kennis werd gegeven om de onkostenvergoeding jaarlijks (al dan niet) te verhogen en deze te laten vaststellen door de raad voor maatschappelijk welzijn;
• de wijzigingen in de samenwerkingen met de huidige kapsters;

dringt zich een herziening op van het principe van de forfaitaire onkostenvergoeding voor het gebruik van het kapsalon en hoe deze in de toekomst zal worden ingevuld.

• Art. 77 van het Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017;
• Art. 4§2, 3° van het Decreet betreffende de woonzorg van 15 februari 2019
• Beslissing van de raad voor maatschappelijk welzijn van 4 september 2014, gekend onder referte R14.137, houdende het gebruik van het kapsalon en de forfaitaire onkostenvergoeding;
• Beslissing van de raad voor maatschappelijk welzijn van 10 september 2015, gekend onder referte R15.146, houdende continuïteit van kapsters

In het woonzorgcentrum is er de mogelijkheid voor kappers om hun diensten aan te bieden aan de bewoners. Zij maken hiervoor gebruik van het kapperslokaal en de samenwerking is gebaseerd op een afsprakennota.

Daar er vanaf 1 januari 2023 gewerkt zal worden met nieuwe kappers voor de bewoners zal de afprakennota worden geactualiseerd. De huidige economische situatie en verouderde principes in de afsprakennota met de haarverzorgers/kappers, geven aanleiding om te voorzien in volgende aanpassing van het principe van de forfaitaire onkostenvergoeding:

Vergoeding van het kapperslokaal:
Op heden betalen de kappers een forfaitaire vergoeding van € 20,00 per maand voor het gebruik van het lokaal. Ongeacht het aantal aan- of afwezigheden in de voorziening, ongeacht het aantal knipbeurten, ongeacht de gerealiseerde omzet, etc…

Het kapsalon moet worden gedeeld met andere kappers die diensten verlenen in het woonzorgcentrum. Desgevallend zullen er in overleg met de directie afspraken worden gemaakt over de uren waarop het kapsalon ter beschikking wordt gesteld aan welke kapper.

Om toekomstige bezettingsproblemen te vermijden (indien er meerdere kappers actief zijn) en te voorzien in een billijkere vergoeding ten aanzien van de kappers en ten aanzien van de voorziening wordt het volgende voorgesteld:

• De kapper betaalt een forfaitaire onkostenvergoeding ten bedrage van € 5,00 per gereserveerde halve dag, ongeacht of het kapsalon werd gebruikt of niet.

Deze factuur wordt jaarlijks opgemaakt door de financiële dienst op basis van het aantal halve dagdelen zij gebruik zullen maken van het kapsalon.